LA 1: Zin in leren
Perspectieven op leren
Giving Teaching back to education: responding to the disappearance of the teacher. Biesta
Kwalificatie -kennis en kunde-: de rol die het onderwijs speelt in het verwerven van kennis, vaardigheden en houdingen die kinderen en jongeren kwalificeren om iets te doen. Dit iets kan heel specifiek zijn – zoals kwalificatie voor een beroep – of meer algemeen – gekwalificeerd raken om in een complexe, multiculturele samenleving te kunnen leven.
Socialisatie -sociaal kunnen zijn-: hier gaat het om de wijze waarop, middels het onderwijs, kinderen en jongeren deel worden van tradities en praktijken. En weer kunnen we dit in specifieke zin denken – zoals socialisatie in een bepaalde beroepspraktijk – en in meer algemene zin – zoals socialisatie in de cultuur van de democratie.
Persoon -eigen ontwikkeling-: dat wil zeggen, op menselijke individualiteit en subjectiviteit – een dimensie die ik in mijn werk aanduid als persoonsvorming of subjectivering.
De doelen resulteren in een simpel plaatje die het volgende weergeeft:
Dat het een brede onderwijstheorie is (vorming/onderwijspedagogisch)
Wat het probleem met de reductie van een dimensie/doel is (vb toetscultuur-> veel gemeten rondom kwalificatie, ook wel socialisatie. Moet/kan subjectivering ook gemeten worden?)
Die de specifieke en unieke complexiteit van het leraarschap zichtbaar maakt (leraren werken altijd in alle drie de dimensies tegelijk)
De rapport Ons onderwijs 2032 is het eerste Nederlandse beleidsrapport waarin deze indeling in deze 3 kernopgaven prominent wordt voorgesteld
Biesta = onderwijsfilosoof (geaccepteerd in de onderwijswereld)
Stellingen:
een leertheorie is (nog) geen onderwijstheorie
de school: not a place for learning but a place for being taught
Leertheorie: gaat om leren
Onderwijstheorie: gaat om vatten van processen voor onderwijzen en vormen
Wat is dan een theorie van onderwijs en onderwijzen?
de vraag naar DOEL, (INHOUD en RELATIE) is centraal/fundamenteel.
Deze vraag is multidimensionaal
Intrinsic and Extrinsic Motivations: Classic Definitions and New Directions. Ryan and Deci
Taxonomie van menselijke motivatie, Ryan&Deci 2000
Nederlandse vertaling
Autonomie bevorderen:
1. keuze (kunnen kiezen en keuzes kunnen maken)
2. innerlijke bekrachtiging (waarom moet een leerling dit doen?)
3. Flexibiliteit (in de verschillende manieren om tot een oplossing te komen)
4. Weinig druk.Ros, Castelijns, Van Loon & Verbeeck (2014)
Competentie
Structuurondersteuning = leraren maken hun doelstellingen en verwachtingen duidelijk kenbaar en beschrijven expliciet wat de consequenties zijn van het wel of niet behalen van deze doelstellingen
Geef lesdoel aan
Vertel hoe er wordt beoordeeld
Geef hulp en begeleiding ter ondersteuning leerproces (feedback)
Wees consequent in wat er is afgesproken
Sluit aan bij niveau leerlingen
Geef heldere procedures
Relatie
Wederkerig – zijn wie je bent (onvoorwaardelijke aanvaarding) en accepteren van anderen zoals ze zijn.
“Het is de kunst voor leraren is om met leerlingen contact aan te gaan op een pedagogische tactvolle wijze”:
Jezelf uitschakelen
Er volledig voor de leerlingen zijn
Openstaan en niet veroordelen
Het perspectief van de leerling innemen
Luisteren
Rapport OESO
OECD rapport (mei 2016)
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
- (OESO)Nederlandse klassen zijn onordelijk en rumoerig (-)
- Zelfs goede leerlingen tonen zich weinig begaan met het onderwijs (-)
- Weinig aandacht ‘excellente leerlingen’ (-)
- Meer nadruk op bestraffen dan belonen (-)
- SEA (sociaal economische achtergrond) meer bepalend voor schoolsucces dan intelligentie (-)
- Per saldo is het onderwijs in Nederland behoorlijk goed (+)
- Sociaal zwakke leerlingen blijven vaker binnenboord dan in de meeste andere westerse landen (+)
- Het Nederlands onderwijs sluit goed aan op de arbeidsmarkt (+)
- Scholen genieten veel onafhankelijkheid (+)
Mindsets that promote resilience (veerkracht): when students believe that personal characteristics (kenmerken) can be developed (ontwikkeld), Dweck and Yeager
Mindsets die leiden tot veerkracht
Kenmerken van mensen
- Onderpresteren
- Competitie met gelijkgestemden
Theorieën veerkracht:
- Ze zijn stilzwijgend, ze zijn zelden uitdrukkelijk.
- Onderscheiden, studenten geloven dat intelligentie kan veranderen, maar persoonlijkheid niet.
Wat is veerkracht?
Good outcomes in spite of serious threats to adaptation of development. Masten, 2001
Veerkracht; behavioral, attributional,
or emotional
Veel factoren kunnen de veerkracht
beïnvloeden; opgeven, valsspelen, hulpeloos
Incremental versus entity:
- Incremental is learning and growth.
- Alles wordt gezien als helpfull in de groei.
- Doelen stellen
Iedere student komt verschillen tegen op sociaal en academisch vlak. Het is onze taak om studenten veerkrachtig te maken. Leraren en ouders doen dit instinctief. Er zijn daarom duidelijke richtlijnen nodig om dit op een juiste manier aan te leren. Studenten hebben een minste nodig om uitdagingen aan te gaan.
Hoe leren werkt
Leren in beweging
Ons onderwijs2032, Eindadvies. Platformonderwijs2032
Doel: komen tot een visie op de kennis en de vaardigheden die leerlingen moeten opdoen met het oog op ontwikkelingen in de samenleving.
Kennis en Leerdomeinen:
- Mens&Maatschappij
- Natuur&Technologie
- Taal&Cultuur
Leerlingen kennis eigen laten maken
op een diepgaande manier: niet van alles een
beetje, maar meer van minder.
Vakoverstijgende vaardigheden:
- Leervaardigheden
- Creëren
- Kritisch denken
- Probleemoplossend vermogen
- Samenwerken
Toekomstgericht onderwijs
De leerling ontwikkelt kennis en vaardigheden
door creativiteit en nieuwsgierigheid in te zetten.
Leren relevante kritische vragen stellen
en strategieën ontwikkelen om antwoord te
kunnen geven op de vragen.
Reflecteren op hun leerproces
Samenwerken
Verbeeldingskracht
Kennisdomeinen
verbinden
Leerlingen leren te experimenteren
en in een onbekende situatie stappen
te zetten.
Durven risico's te nemen en leren
omgaan met tegenslagen. Ze leren wat
ze moeten doen als ze niet weten wat ze
moeten doen.
De leerling vormt zijn persoonlijkheid
Positie ten opzichte van anderen vinden
Wie zijn ze en wat willen ze worden?
Zelfstandig keuzes maken
en verantwoordelijkheid dragen
voor hun eigen handelen.
Persoonsvorming:
- emoties
- rekening houden met de positie,
belangen en gevoelens van anderen
- respect, hulpvaardigheid en empathie
De leerling leert omgaan met vrijheid
en verantwoordelijkheid en over
grenzen heen te kijken
Verantwoorde keuzes
maken en een eigen
koers kunnen varen.
Zelfsturing
Verantwoordelijkheid
en zorgzaam zijn
De leerling leert de kansen van de
digitale wereld te benutten
Leerlingen leren digitaal
vaardig te zijn en mediawijs
Ze zijn in staat om
zich te blijven ontwikkelen
Computational thinking:
leren begrijpen hoe ze nieuwe technologische
diensten en producten kunnen benutten
Beschikbare informatie neemt toe
De leerling krijgt betekenisvol
onderwijs op maat
Onderwijs sluit aan bij de
interesse en capaciteiten van leerlingen
Het daagt uit
Leerlingen voelen zich betrokken
bij het leerproces en krijgen keuzeruimte
Nieuwe accenten voor de toekomst:
- Taalvaardigheid (Nederlands en Engels)
- Rekenvaardigheid
- Digitale geletterdheid
- Burgerschap
Wat is nodig om toekomstgericht
onderwijs mogelijk te maken?
Herijking van kerndoelen en eidntermen
Concreet en tot de kern beperkt
Niveaudifferentiatie
Een samenhangend aanbod
Toetsing en examinering
Niet alleen aandacht voor wat meetbaar
is, ook voor wat merkbaar is
Verantwoording
Toetsing van basisvaardigheden,
kennisdomeinen en het keuzedeel
Condities voor eigentijds onderwijs
Investeren in professionele ontwikkeling
en samenwerking
Leraren opleiden voor de toekomst
Samenhang in het onderwijssysteem