Warmte en temperatuur

Trillingsenergie van deeltjes

Geleiding

Energietransport door rechtstreeks contact tussen de materiedeeltjes is geleiding.

Isolatoren

Sommige stoffen, zoals glas, zijn slechte warmtegeleiders of isolatoren.

Geleiders

Vaste stoffen die de warmte snel doorgeven, zijn geleiders.

Straling

Is een vorm van energietransport waarbij geen deeltjes nodig zijn om zich voor te planten. Wanneer stralingsgolven een voorwerp raken, zal de energie van de golven overgenomen worden door de deeltjes van het voorwerp in de vorm van trillingen.

Convectie

Is een vorm van energietransport door een verplaatsing van de deeltjes. Die verplaatsing doet zich voor doordat een verschil in temperatuur een verschil in massadichtheid veroorzaakt.

Energietransport door convectie

Hoe hoger de temperatuur, hoe lager de massadichtheid.

Temperatuur

Thermisch evenwicht

Voorwerpen die op eenzelfde temperatuur zijn, zijn in thermisch evenwicht

Warmtehoeveelheid

De warmtehoeveelheid is de hoeveelheid energie die uitgewisseld wordt als gevolg van een temperatuurverschil.

Symbool:Q

Celsiustemperatuur

Wordt veel gebruikt in ons dagelijks leven.

Grootheid:𝜃

Absolute temperatuur

De laagst mogelijke temperatuur 𝜃=-273,15 graden Celsius. Dat is het absolute nulpunt. Deze temperatuur is het referentiepunt voor de kelvinschaal.

Grootheid:T

Warmtehoeveelheid

Specifieke warmtecapaciteit

De specifieke warmtecapaciteit van een stof is de hoeveelheid warmte die nodig is om de temperatuur van 1kg van die stof met 1K te laten stijgen.

Symbool:c

Formule:c=Q/(m./\T)