Sjakie en de chocoladefabriek

onbestaande landen

humor

SCENEVERLOOP aan generositeit, met improvisatie, rond wat als? (nieuwe scènes vanuit bestaande)

snoep

KLEUR aan tonen en tinten, met schilderen, rond snoepjesverpakkingen

KLEUR aan verzadiging, met schilderen, rond experimenten met snoep

RUIMTE aan grootte en vorm, met dansexpressie, rond dansende snoepjes

VORMEN aan contouren, met tekenen met potlood, rond hoorverhaal tekenen

KLEUR aan sfeer, met collage, rond reclamefolder snoep

KADER aan standpunt (perspectieven), met fotografie, rond reclamefolders

fantasie

MUZIKALITEIT aan klankbeweging, met poëzie schrijven, rond thema of personage uit boek

aan TAALVERSCHUIVING, met nonsenstaal, rond snoep, personage, chocolade,...

aan WOORDBEELD, met taalspel (woordspin), schrijven in de vorm van snoepje, goud, hoed, ...

eenheid van een groep (oempa loempia)

VORM aan patronen, met stempels, rond oempa loempa's

TIJD aan metrum, met alledaagse voorwerpen rond mars voor de oempa loempa's

RUIMTE aan ruimtelagen, met danspartituur, rond dans oempa loempa's

DANS aan synchroon bewegen, met bewegingsreeks, rond dans oempa loempa's

kostuums

fabriek

RUIMTE aan werken in de ruimte, met karton, rond ontwerp van een fabriek

RUIMTE aan ruimtesuggestie, met dramaspel, rond plaatsen in de fabriek (chocoladefontein, lift,...)

machines

DANS aan richting, met dansverhaal, rond de chocolademachine

LIJNEN aan lijnsoorten, met houtskool, rond machines ontwerpen

RUIMTE aan werken in de ruimte met assemblage, rond een machine van afvalmaterialen

KRACHT aan energie, met improvisatie, rond dansende lekstokkenmachine

karakters

KLANK aan melodie met ontwerpen rond namen (wonka, oempa, Sjakie, ...)

ROL aan inleving, met dramaspel, rond absurde scènes (vb. de machine ontploft)

ROL aan transformatie, met attributen uit verkleedkoffer, rond nog meer kinderen op bezoek in de fabriek (eigenschappen)

ROL aan rolvastheid, met improvisatie, rond een rondleiding in de fabriek

RUIMTE aan mise en scène, met werken met teksten, rond een scène

TIJD aan tempo, met dansstijlen, rond de hoed van Willy Wonka

RELATIE aan inspelen op elkaar, met dominospel, rond personages uit de film

decor

VORM aan silhouet, met stift, rond een nieuwe hoed voor Willy Wonka

aan WAARNEMING, met klankspel, rond scène uit het boek

uitvindingen

KLANK aan samenklank, met buizen, rond een experiment

KRACHT aan spierspanning, met improvisatie, rond experimenten met nieuwe snoep

fantasie

ROL aan présence, met tekst, rond scène navertellen alsof je er zelf bij was

gouden ticket

COMOSITIE aan ordenen, met pastelkrijt rond ontwerp affiche

DRAMA

BEELD

MUZIEK

DANS

WOORD

MEDIA