Ademhaling
Gasuitwisseling
Koolstofdioxidetransport
70% wordt getransporteerd in bloedplasma onder de vorm van bicarbonaat HCO3
23% is gebonden aan hemoglobine - carbaminohemoglobine
7% is opgelost in het plasma
Aerobe stofwisseling produceert CO2
Zuurstoftransport
Hemoglobine
Als weefsels zuurstofarm zijn en behoefte hebben aan zuurstof, wordt zuurstof losgekoppeld van hemoglobine.
Hemoglobine geeft zuurstof af aan weefsels
Vorming van oxyhemoglobine
Interne respiratie
Diffusie van gassen tussen bloed (capilairen) en de cellen van weefsels en organen.
Externe respiratie
Diffusie van gassen tussen longblaasjes en bloed (capilairen) door de alveolaire membraan
Longventilatie
Bij uitademing
Buikspieren
Inwendige tussenribspieren
m. intercostalis internus
Luchtverplaatsing van binnen naar buiten
Longdruk is hoger dan atmosferische druk
Volume in longen neemt af, longdruk neemt toe.
Midderif ontspant, borstkas verplaats omlaag
Bij inademing
Spieren
Uitwendige tussenribspieren
m. intercostalis exterior
Middenrif - diafragma
Luchtverplaatsing van buiten naar binnen
Luchtvolume neemt toe
De borstkas verplaatst naar boven
Middenrif trekt samen en wordt afgeplat
In rust
Geen lucht verplaatsing
Geen drukverschil tussen buiten en binnen
Middenrif drukt tegen onderzijde vd longen
Koepelvorm
Ontspannen middenrif
Cellen van het ademhalingssysteem
Alveolair membraan
Surfactans afgegeven door pneumocyten verplaatsen O2 en CO2 zeer effectief.
Zeer snelle gasuitwisseling dmv diffusie over microscopisch kleine afstand.
Alveolaire macrofagen
Fagocyteren vreemde deeltjes als stof en ziekteverwekkers
Pneumocyten
Produceren surfactans om longcollaps tegen te gaan
Surfactans voorkomt het samenvallen van de longblaasjes
Surfactans is een olieachtige laag binnen in de longblaasjes.
zorgt ervoor dat longblaasjes open blijven staan bij uitademen.
Alveolen - longblaasjes (gasuitwisseling)
Bronchiolen
Vertakken zich tot meerdere bronchiolii respiratorii
Gasuitwisselingsoppervlakte - longblaasjes
Voeren lucht naar longoppervlak waar gasuitwisseling plaatsvindt.
Vertakken zich tot terminale bronchiolen
diameter van 0,3 - 0,5 mm
Trachea
Binnenbekleding
Cilindrisch trilhaar epitheel
15 - 20 kraakbeenstukken
Gesloten gedeelte ventraal
Open gedeelte dorsaal
U-vormige kraakbeenstukken
Versteviging van trachea
Taaie buigzame buis (2,5 cm diameter, 11 cm lang)
vertakking naar linker en rechter hoofdbronchus
Eindigt in mediastinium (ruimte in borstkas tussen beide longen)
Aanhechting thv larynx
Pharynx of keelholte
Laryngopharynx (Strottenhoofd-keelholte)
Nasopharynx (neuskeelholte)
Onderdelen/opbouw
Longen en luchtwegen
Longblaasjes (alveoli)
Bronchiën en bronchiolen
Luchtpijp
Strottenhoofd
Keelholte
Neus, neusholte en sinusholten
Regeling vd ademhaling
Ademritme centrum
Opiaten, narcose en kalmeringsmiddelen = verlaagde ademhaling
Anfetaminen, stimulantie = versnelde ademhaling
(Extreme)afkoeling = vertraagde ademhaling
Verhoogde temperatuur = versnelde ademhaling
Bewuste aansturing van ademhalingsspieren
Regulering door hersenschors.
buitenste gedeelte van de hersenen
Regulering door ademcentra in de hersenen - in de hersenstam.
Reguleren de onbewuste ademhaling en sturen onbewust:
Via het autonoom zenuwstelsel
Diepte van de ademhaling
Ademhalingsspieren
Plaatselijke regeling ademhaling
Sneller in- en uitademen
Bij sporten hogere behoefte
Behoefte aan zuurstof
Invloed van weefsels
Ademhalingsfysiologie
Rustig of geforceerde ademhaling
Ademhalingsfrequentie
Volwassenen bij inspanning
meer dan 20
Volwassenen in rust
8 - 20
Geforceerde ademhaling
Inademing en uitademingsspieren worden actief
uitademing is actief.
Rustige ademhaling
Middenrif en uitwendige tussenribspieren zijn nodig.
uitademing is pasief
Macroscopische anatomie van de longen
Liggen in de pleuraholten
Tussen vicerale en parietale pleura zit pleuravocht
bekleedt met sereuze parietale pleura
Bedekt door de sereuze vicerale pleura
Basis licht op het middenrif of diafragma
Apex steekt boven de eerste ribben uit
5 kwabben gescheiden door diepe fissuren
3 kwabben rechts, 2 links
Alveoli - longblaasjes
Zijn bedekt met enkelvoudig plaveiselepitheel
Vergroten het uitwisselingsoppervlakte - 140 m2
Ongeveer 150 miljoen per long
Laat de longen op een spons lijken
Hier worden de gassen in de longen uitgewisseld
Bronchiën
Linker en rechter primaire bronchus vertakken zich verder
Bronchioli
Kleinste vertakkingen zonder kraakbeen
Kraakbeenstukken worden steeds kleiner - minder dan 1 mm geen kraakbeen meer.
Vertakkingen van primaire bronchus in kleinere bronchi
Bronchucboom
Buitenwand U-vormig kraakbeen
Binnen wandbekleding lijkt op trachea
Aanvoer van lucht naar linker en rechterlong
Linker primaire bronchus
Rechter primaire bronchus
Vreemde voorwerpen komen daarom altijd in rechter bronchus
Minder scherpe hoek naar longen
Grotere diameter dan linker
Hoofdonderwerp
Larynx bestaat uit 3 paren kleinere kraakbeenstukken.
2 paar flexibele ware stembanden
1 paar stugge valse stembanden
ringvormigkraakbeen
Tijdens slikken verplaatst de larynx naar boven, epiglottis sluit zo de trachea af.
Epiglottis zorgt ervoor dat voedsel niet in de trachea (luchtpijp terecht komt.
Larynx bestaat uit kraakbeenringen en heeft een strottenhoofdklepje (epiglottis)
Ingeademde lucht verlaat de keelholte en stroomt via de stemspleet (glottis) de larynx binnen.
Neus, neusholte
Reukzin
Neusschelpen
Bevochtiging
Zuivering
Filtering
Opwarming ingeademde lucht
Neusbijholten
Neusopeningen
Slijmcellen
Bekleding is cilinderepitheel met trilharen
Functies
Waarnemen van reukprikkels
Produceren van geluid
Bescherming uitwisselingsoppervlakken (alveolaire) tegen veranderingen van de omgeving (uitdroging en temperatuur) en pathogenen.
Verplaatsen van lucht, van en naar het gasuitwisselingsoppervlak in de longen
Gasuitwisseling tussen bloed en lucht
